AOW-pensioenoverzicht en gewijzigde aanvangsleeftijd opbouw

AOW-pensioenoverzicht en gewijzigde aanvangsleeftijd opbouw

Een van de aspecten die samenhangen met de verhoging van de AOW-leeftijd is een verhoging van de aanvangsleeftijd van de opbouw van het AOW-pensioen van 15 naar (ruim) 17 jaar. Op die manier blijft de opbouwperiode 50 jaar. Per verzekerd jaar bedraagt de aanspraak op het AOW-pensioen 2%. Door de verschuiving van de opbouwperiode vervallen de verzekerde jaren tussen de 15e en de 17e verjaardag. Zolang iemand verzekerd blijft hoeft dat geen probleem op te leveren omdat deze jaren aan het einde van de opbouwperiode worden toegevoegd. Wie voor de ingangsdatum van het AOW-pensioen emigreert mist daardoor een deel van de toekomstige uitkering.

In een procedure voor de Centrale Raad van Beroep kwam de vraag aan de orde of een eerder pensioenoverzicht, waartegen geen bezwaar is gemaakt, tot gevolg heeft dat de daarin vermelde aanvangsleeftijd voor de opbouw van het AOW-pensioen vaststaat als in latere pensioenoverzichten geen andere aanvangsleeftijd is opgenomen.

Volgens de Centrale Raad van Beroep is een pensioenoverzicht een besluit omdat daarbij toekomstige aanspraken van de betrokkene worden vastgesteld. Met betrekking tot een herhaalde aanvraag voor een pensioenoverzicht heeft de Centrale Raad van Beroep eerder overwogen dat niet kan worden gezegd dat de in een eerder pensioenoverzicht vastgestelde tijdvakken van verzekering definitief vaststaan. Dat houdt in dat ook tegen een nieuw pensioenoverzicht bezwaar en eventueel beroep kan worden ingesteld.

Vervolgens kwam de vraag aan de orde of de verhoging van de aanvangsleeftijd een ongeoorloofde inbreuk is op het eigendomsrecht. De verstreken tijdvakken van verzekering voor de AOW vormen een eigendomsrecht. Het vervallen van eerdere verzekerde tijdvakken door de verhoging van de AOW-leeftijd is volgens de Centrale Raad van Beroep een inmenging in dat eigendomsrecht. In het algemeen vormt deze inmenging een proportionele en geoorloofde inbreuk op het eigendomsrecht. In concrete gevallen kan deze inbreuk leiden tot een onevenredig zware last en daardoor ongeoorloofd worden. Dit kan echter pas worden beoordeeld op het moment van de toekenning van het AOW-pensioen en de vaststelling van de ingangsdatum van dat pensioen. Pas op dat moment kan de hoogte van de eventuele schade worden vastgesteld. Dat geldt ook voor een emigrant.

Advies nodig rondom dit onderwerp?
Klik hier en neem vrijblijvend contact met Van Der Bruggen op